voornaamst

Optimale antenneversterking: balans tussen prestaties en praktische beperkingen

Bij het ontwerp van microgolfantennes moet optimale versterking een evenwicht vinden tussen prestaties en bruikbaarheid. Hoewel een hoge versterking de signaalsterkte kan verbeteren, brengt dit problemen met zich mee zoals een grotere omvang, problemen met warmteafvoer en hogere kosten. De volgende overwegingen zijn belangrijk:

1. Winst afstemmen op toepassing

5G-basisstation (millimetergolf-AAU):24-28dBi, vereistvacuüm solderenwaterkoelplaat om een ​​langdurige werking met hoog vermogen te garanderen.

Satellietcommunicatie (Ka-band):40-45dBi, waarbij gebruik wordt gemaakt van waterkoeling met behulp van begraven koperen buizen om het warmteafvoerprobleem van antennes met grote openingen op te lossen.

Elektronische oorlogsvoering/radar:20-30dBi, waarbij gebruik wordt gemaakt van vloeistofkoeling voor wrijvingslassen om zich aan te passen aan een hoge dynamische warmtebelasting.

EMC-testen:10-15dBi, gewone laskoelplaat kan aan de behoeften voldoen.

Cassegrain-antenne (40dBi)

Circulair gepolariseerde hoornantenne (20 dBi)

2. Technische beperkingen van hoge versterking
Knelpunt warmteafvoer: Antennes boven 25 dBi vereisen doorgaans vloeistofkoeling (zoals vacuümsolderen of roerwrijvingslassen met waterkoelplaat), anders is het vermogen beperkt.

Beperkingen qua omvang: Antennes boven de 30 dBi kunnen in de Ka-band langer zijn dan 1 meter. Het structurele ontwerp moet daarom worden geoptimaliseerd.

Kostenfactoren: Voor elke 3dB toename in versterking kunnen de kosten van het koelsysteem met 20%-30% stijgen.

Planaire antenne (30dBi)

Dubbele circulaire gepolariseerde hoornantenne (10dBi)

3. Optimalisatiesuggesties
Geef prioriteit aan het voldoen aan de toepassingsvereisten en vermijd het overmatig nastreven van hoge winsten.

De koeloplossing bepaalt het vermogen. Antennes met een hoge versterking moeten worden uitgerust met efficiënte koeling (zoals vloeistofkoeling).

Zorg voor een evenwicht tussen bandbreedte en versterking. Smalbandsystemen kunnen een hogere versterking nastreven, terwijl breedbandsystemen passende compromissen moeten sluiten.

Conclusie: De optimale versterking hangt af van de specifieke toepassing en ligt doorgaans tussen 20-35 dBi. Om een ​​betrouwbare werking te garanderen, moet deze worden gecombineerd met geavanceerde koeltechnologie (zoals vacuümsolderen of waterkoeling voor roerwrijvingslassen).

Voor meer informatie over antennes kunt u terecht op:


Plaatsingstijd: 12 juni 2025

Productgegevensblad ophalen